De schillen rond onze kern

[et_pb_section fb_built=”1″ _builder_version=”3.22″][et_pb_row _builder_version=”3.25″ background_size=”initial” background_position=”top_left” background_repeat=”repeat” custom_padding=”|||3px||”][et_pb_column type=”4_4″ _builder_version=”3.25″ custom_padding=”|||” custom_padding__hover=”|||”][et_pb_text _builder_version=”3.27.4″ background_size=”initial” background_position=”top_left” background_repeat=”repeat”]

Op de dag van geboorte is onze kern van goud. 

Vervolgens groeien wij op in een gezin en door de jaren heen nemen wij allerlei schillen aan.

Ons maatschappelijk leven krijgt zo een vorm, en wij zoeken onze plaats in de samenleving  waar bepaalde waarden en normen gelden. Het leven bestaat uit werk en sociaal leven. Status en aanzien zijn heel normaal.

Het leven vanuit ons denken wordt vanzelfsprekend, daardoor vergeten wij ons hart. 

We worden geconditioneerd met regels, blindelings opvolgen van autoriteit en opdrachten. De druk op onze schouders vergroot. We leven op automatische piloot. 

In maart 2020 kwam ons leven bruusk tot stilstand. Er kwamen maatregelen van de overheid ter bescherming voor onze gezondheid.  Doordat bepaalde structuren wegvielen en de lockdown onze sociale contacten aan banden legde, veroorzaakte dit veranderingen die voor de ene een zege waren (stilstand= rust= weg van stress= meer met gezin bezig kunnen zijn) en voor de andere eerder een kwaal bleken (het wegvallen van ankerpunten, jobverlies, niet kunnen uitwerken van doelen, ondernemerschap komt in het gedrang).                                                   

Een tijdperk van rouw om het bestaande en het verlies van zekerheden brak aan en er werd een nieuw moraal gepredikt van angst en beperkingen: ‘Het nieuwe normaal’.                  

Het hele proces dwingt ons te kijken naar onszelf, een herdefiniëring van ons bestaan en ons denken te overwegen. Het zoeken naar waarheid in een periode van angst, daagt ons uit tot het onderzoeken van nieuwe mogelijkheden. Het werpt ons terug naar het begin, om van daaruit een nieuwe weg te bewandelen. 

‘Waarheid’ typeert zich door eenvoud. Maar soms wordt de waarheid vertroebeld door onze kijk. We kijken door onze eigen bril, die gevormd is door de opgebouwde lagen van het leven. Ego en status zijn een aanvaarde norm. Een bedreiging, door een crisis van formaat, vormt al gauw scheuren in dit model. We merken dat de door ons gevormde schillen ons er nu van weerhouden om de waarheid te zien. We zien dat die verschillende laagjes minder belangrijk blijken te zijn en dat we door onze inwaartse reis, een eenvoudige en mooie waarheid vinden. De kern van wat we waard zijn, zonder deze schillen. Het afleggen van schillen is een levensproces, waarbij een crisis vaak werkt als een katalysator. 

We zijn ons niet meer bewust van onze eigen gouden kern. We hebben geleerd dat we ons voortdurend dienen te bewijzen. We willen zo graag ‘goed’ genoeg zijn. Toch heeft de kern andere behoeften en doelen dan wat de maatschappij naar voren schuift.

Onze kern (het hart) streeft niets na en is rustig, het is goed zoals het is.
Het accepteert zichzelf en is verbonden in het universum met alles wat leeft.
Ons hart ‘weet’ en draagt een diepere wijsheid in zich dat ons denken overstijgt.
Een crisis kan ervoor zorgen dat één van de schillen doordrongen wordt. We worden ‘geraakt’. Het is juist deze ervaring die ons het inzicht brengt dat wij door een schil zijn omgeven. Dat triggert ons om uit onze comfortzone te treden. We vechten en rouwen. Soms vinden we nog andere schillen, die we kunnen loslaten.                           

Het is waardevol om inzicht te krijgen: ‘Hoeveel schillen heb ‘ik’ eigenlijk? Heb ik ze nodig? Wat verbergen ze? Welke verdediging heb ik nodig? Heb ik voeling met mijn kern?’

Vanuit een andere invalshoek delen we volgende nuancering: 

Wat is er mis met de moderne wereld? 

Wij noemen ons verder ontwikkeld terwijl we niet eens de basis van het leven beheersen. Wij rusten enkel in vrede als wij dood zijn, terwijl indianen leven in ‘free spirit’ en ‘één met de natuur’. 

We worden allemaal puur geboren, elk mens, ongeacht welke kleur, religie of cultuur.  

Niemand wordt ‘slecht’ geboren, zelfs Hitlers eerste woorden waren gebrabbel en niet ‘mein kampf’.

De moderne mens is niet het probleem, we zijn alleen in de loop der jaren het contact met de bron verloren. Onze realiteit is daarom niet langer gebaseerd op ‘the meaning of life’. In de moderne wereld wordt er gehandeld vanuit het waarheidsperspectief dat je door een ander wordt verteld. Door de ruis en maatschappelijke druk handelen we niet meer vanuit intuïtie. Je innerlijke zelf, dat is de bron. 

Wij zoeken graag antwoorden en oplossing buiten onszelf, terwijl alle antwoorden binnen te vinden zijn. Door alle labels die we zelf gecreëerd hebben lichten wij onze verschillen uit in plaats van dat we kijken naar onze overeenkomsten. Mensen haten elkaar omwille van ras, meningen of geloofsovertuigingen, uiterlijk of zelfs kledingsmaak . Zo hebben we een schijnrealiteit gecreëerd die zegt dat we individueel zijn, terwijl alles verbonden is in het universum.  Een ander is slechts een spiegel van onszelf.  Alles wat we in die ander zien, zit in essentie ook (latent) in ons. En zodra we beginnen te wijzen…. wijzen er drie vingers naar onszelf.

‘Ik wil graag een moderne indiaan zijn, een beetje een mix van iemand met de westerse cultuur maar met wijsheden, normen en waarden als ‘de natives’.  Respect voor moeder natuur en alles dat leeft, maar toch kunnen genieten van hotelovernachting met bubbelbad. Ik hoef niet persé in een tentje te wonen in het bos, die gedachte vind ik nogal typisch.’

[/et_pb_text][/et_pb_column][/et_pb_row][/et_pb_section]

Deel deze informatie